De hartelijke groeten uit MALI. (02-06-2014)
Hallo allemaal. Op 22 april jl. ben ik voor een VN missie naar Mali vertrokken. Nederland heeft bepaald dat we aan deze missie, genaamd MINUSMA, deel gaan nemen en toen ik hiervoor ben benaderd heb ik dan ook mijn verantwoordelijkheid genomen. Twee jaar geleden hebben volken uit het noorden geprobeerd de noordelijke provincie af te scheiden van het land Mali. Ze hadden al een bijzonder groot deel van Mali in handen toen de Franse regering vond dat het tijd was om in te grijpen. Mali is een kolonie van Frankrijk geweest. Het Franse leger heeft deze volken verdreven uit de zuidelijke gebieden. Nu de grote strijd ten einde is wil de VN met de MINUSMA missie stabiliteit brengen in het land. Om de situatie veilig te krijgen is de VN op meerdere fronten bezig. Een civiele tak van de missie probeert door middel van diplomatie de rust te brengen. De militaire tak zal daar waar nodig veiligheid moeten brengen. Nederland heeft als taak informatie te verzamelen voor de VN over de situatie in het land. Dit kan niet door andere organisaties omdat het nog niet veilig genoeg is.
In de plaats GAO zijn we een kamp aan het opbouwen van waaruit onze eenheden hun werk doen. De genie eenheden zijn druk bezig met de bouw. Dit terwijl de overige eenheden al bezig zijn met hun taak om informatie te verzamelen. Uiteraard moet dit logistiek ondersteund worden. Daarmee komen we meteen bij mijn functie. Ik ben de Missie 4. Het getal geeft de militaire functionele lijn aan van de logistiek. In mijn functie ben ik verantwoordelijk voor de logistiek van alle Nederlandse eenheden die deelnemen aan de missie. Uiteraard heb ik veel mensen die me daarbij ondersteunen. Zo heeft iedere eenheid een eigen logistieke functionaris en hebben we een compleet detachement dat er voor zorgt dat logistiek gezien alles blijft draaien. Je kunt hier denken aan de opvoer, opslag en het doorsturen van goederen, maar ook aan de geneeskundige verzorging en het herstel aan voertuigen en andere uitrusting.
De functie is bijzonder uitdagend en ik maak dan ook bijzonder lange dagen. Gelukkig heb ik niet veel anders te doen hier in de woestijn.
We wonen en werken op kamp “Castor”. De stad GAO, vlakbij het kamp, ligt bijna op de rand van de SAHARA. Het is hier dan ook bijzonder warm. Van temperaturen boven de 40 graden kijken we dan ook al niet meer op. Op de warmste dag die ik heb meegemaakt was het 48,6 graden in de schaduw.
Het is dan ook nodig geweest goed te acclimatiseren, dit betekent het lichaam laten wennen aan de omstandigheden. Hiervoor heb ik de eerste drie weken nodig gehad. Zelfs nu ik gewend ben loop ik nog de hele dag te zweten. Het douchen aan het eind van de dag is dan ook een moment waar ik dagelijks naar uit kijk. Ook al mogen we, in verband met de waterschaarste, maar 4 minuten douchen per dag. Dit is echter goed te doen. Eten doen we in een grote eettent. Het eten wordt vers bereid in een keuken. Best luxe wanneer je ziet dat we pas in februari hier begonnen zijn.
We slapen in tenten. Gelukkig hebben deze een airco zodat we ’s nachts fatsoenlijk kunnen slapen. Het is de bedoeling dat onze opvolgers in containers komen te liggen. Deze geven meer bescherming tegen eventuele dreigingen van buitenaf. In deze fase van de opbouw is het nog niet mogelijk om volledig beschermd te wonen en te werken. Als militair ben je hiervan bewust en ik heb me daar bij neer kunnen leggen. Enig risico brengt mijn werk nu eenmaal met zich mee. Gelukkig is er weinig gebeurd. In de media zult u vast een en ander gehoord hebben. Tot nu toe is de berichtgeving van incidenten een goede weergave van de werkelijkheid.
Iedere zondag kan ik, net als tijdens de vorige twee missies, naar een bezinningsbijeenkomst waar mensen van verschillende achtergronden komen. Dit is een mooi moment in de week om even met andere dingen bezig te zijn. De Bijbel gaat iedere week open en dat vind ik belangrijk. Tijdens de missie zie je weer eens hoe belangrijk bepaalde zaken zijn. Wanneer het even druk is of er is spanning dan is het goed om te weten dat je nooit alleen op missie gaat. Ik weet dat er voor ons gebeden wordt en voel me dan ook gezegend met de gemeente waar ik deel van uit mag maken. Wat ik ook bijzonder fijn vind is dat er weer veel mensen zijn die Heidy en de kinderen ondersteunen . Zonder deze wetenschap wordt de missie een stuk moeilijker voor me. Ik vind het al vervelend om zo lang van huis te zijn, ook al vind ik dit fantastisch werk. Deze steun en de wetenschap dat Heidy een rots in de branding is zorgen er voor dat ik me geen zorgen hoef te maken om mijn thuisfront.
Via deze weg wil ik een ieder bedanken die een kaartje heeft gestuurd. Het is altijd een bijzonder feest wanneer de post binnen komt. Bellen en mailen is mogelijk, maar dat is lang zo leuk niet als de spanning die je hebt wanneer je een envelop open maakt om te zien wat er in zit. Mocht u nog een kaartje willen sturen dan heeft Heidy mijn adres wel. Na 15 juli komt het echter niet meer op tijd aan.
Als alles goed gaat kom ik in de tweede week van augustus weer thuis. Letten jullie tot die tijd op mijn kanjers?
Hartelijke groeten van Wessel Raatgever.